Ondanks wat er gebeurt om ons heen - zowel in Israël, de
kerk als in de wereld - mogen wij vol verlangen uitzien naar de komst van onze
Heiland, de Here Jezus Christus. Hij is onze zalige hoop!
Jezus koning van Israël - Bijbelse Bron Themadag Urk
Waarom Israël belangrijk is
Israël wordt in de Bijbel vergeleken met een vrouw, waaruit de Messias zal voortkomen (Jes. 9:5). Ook lezen we dat Hij uiteindelijk de kop van de slang zal vermorzelen, en dat geeft meteen aan waarom Israël belangrijk is. Zolang de vijandschap tussen de slang en de vrouw voortduurt, zal Israël geen rust kennen. Dat verandert pas nadat de Messias Zijn voeten op de Olijfberg heeft gezet (Zach. 14:3-5; Op. 19:11-16). En als we goed letten op het profetische Woord in relatie tot Israël en de volken, dan weten we dat dat moment (zeer) nabij is. Immers, vrijwel de gehele wereld heeft bemoeienis met het Joodse volk, het land Israël en de stad Jeruzalem (Zach. 12:2-3).
Waarom heeft God juist dit volk uitgekozen en aan hen bijzondere beloften gedaan. Zeker niet omdat het groot en sterk is, of vanwege hun gehoorzaamheid. Integendeel! Velen leven in ongehoorzaamheid en het is een klein volk, een stipje op de wereldbol. De Heere heeft Israël uitverkoren, omdat uit hen de Messias zou voortkomen. Het Joodse volk zal dan ook altijd blijven bestaan en in de toekomst zelfs rijkelijk gezegend worden (2 Kor. 1:20). Ooit zal het zelfs tot voorbeeld en zegen zijn en als hoofd der naties boven alle volken verheven worden (Jer. 31:7).
Oproep tot gebed voor ons land
In onze samenleving en maatschappij worden Bijbelse principes steeds meer losgelaten. Degenen die geestelijk wakker zijn, zien dat dit een wereldwijd probleem is.
In feite is dit wetteloosheid. Dit is in Gods ogen zonde, want: ‘Ieder, die de zonde doet, doet ook de wetteloosheid, en de zonde is wetteloosheid’ (1 Johannes 3:4). We moeten de ernst hiervan niet onderschatten, want de oogst hiervan is verderf.
De mens van de wetteloosheid
Het profetische Woord voorzegt de komst van de antichrist
in de eindtijd. Paulus noemt hem: de mens van de wetteloosheid, de zoon van het
verderf en de tegenstander (2 Thessalonicenzen 2:7-10). Als we goed letten op
het profetische Woord in relatie tot het wereldgebeuren dan zien we duidelijk,
dat de geestelijke machten van het kwaad overuren draaien. De komst van de
wetteloze wordt in alle hevigheid klaargemaakt, door de machten van het kwaad
in de hemelse gewesten. De tijd en het ogenblik waarop hij zich openbaart is
alleen bij God bekend. Maar voordat hij zich kan openbaren zal eerst de
gemeente van deze aarde verwijderd moeten worden bij de opname (2
Thessalonicenzen 2:6-7). Daarna verschijnt hij publiekelijk op het wereldtoneel
(Openbaring 6:2).
Wat bedoelt de Bijbel met Eindtijd?
Eindtijd. Dit betekent niet het einde van de wereld. Het is een slotfase van de menselijke heerschappij onder invloed van Gods tegenstander, satan. De Bijbel noemt hem: “De overste van de macht der lucht” en “de overste der wereld.” Door zijn geest oefent de boze zijn macht op aarde uit (Johannes 14:30 en Efeze 2:2).
De slotfase van de eindtijd wordt in de Bijbel aangeduid als de Dag des Heren. We noemen die periode ook wel de Grote Verdrukking, of Daniëls Laatste Jaarweek.
Wanneer is de Eindtijd begonnen?
Sommige profetie-uitleggers betrekken de eindtijd alleen
op die van de Grote Verdrukking (Matheüs 24:21). Anderen menen dat de eindtijd
is begonnen rond 1882, toen de eerste Joden uit de volken terugkeerden naar
Israël. De Bijbel geeft denk ik, genoeg aanwijzingen dat de eindtijd begonnen
is bij Jezus’ eerste komst en dat de slotperiode van de eindtijd vooral de
Grote Verdrukking omvat (Matheüs 24 en Openbaring 6-19). De schrijver van de
Hebreeënbrief zegt namelijk over Jezus’ eerste komst: “Nadat God eertijds vele
malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij
nu in het laatst der dagen tot ons gesproken in de Zoon,” (Hebreeën 1:1).
De heilsperiode van de gemeente
De gemeente (het Lichaam van Christus) is begonnen met
Pinksteren, toen de heilige Geest werd uitgestort (1 Korintiërs 12:13 en
Galaten 3:26-28) en eindigt bij de opname van de gemeente. We noemen deze
tijdlijn ook wel de bedeling van genade. Dit is ook de laatste bedeling
voorafgaand aan Christus’ Koninkrijk op aarde.
Een belangrijk kenmerk van de eindtijd is namelijk dat
God Zijn Geest zal uitstorten. Zo citeerde Petrus op de Pinksterdag de volgende
profetie van de profeet Joël: “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God,
dat Ik zal uitstorten van mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters
zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen
dromen dromen: ja, zelfs op mijn dienstknechten en mijn dienstmaagden zal Ik in
die dagen van mijn Geest uitstorten en zij zullen profeteren. En Ik zal wonderen
geven in de hemel boven en tekenen op de aarde beneden: bloed en vuur en
rookwalm. De zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed, voordat de
grote en doorluchtige dag des Heren komt. En het zal zijn, dat al wie de naam
des Heren aanroept, behouden zal worden” (Handelingen 2:17-21).
Opname en Wederkomst - Een groot verschil
Veel christenen zien het verschil niet tussen de opname van de gemeente en de wederkomst van Christus. Volgens hen zal onze vereniging met Hem bij Zijn wederkomst plaatsvinden. Daarbij wordt ook verschillend gedacht of wij Hem wel of niet letterlijk tegemoet zullen gaan in de lucht.
Het is algemeen bekend dat wij bij Het Zoeklicht de opname en de wederkomst wel van elkaar onderscheiden, omdat wij onderscheid zien tussen Gods plan met Israël en de gemeente.
De verschillen in het kort
De opname gaat over Christus komst voor
Zijn gemeente. Dan worden Christus (het Hoofd) en de gemeente (het Lichaam van Christus)
met elkaar verenigd, namelijk op de wolken in de lucht. Dit zal vóór de Grote
Verdrukking plaatsvinden (Openbaring 3:10). Want wij verwachten Hem als Verlosser (Filippenzen
3:20-21) en Zijn niet bestemd tot oordeel (1 Thessalonicenzen 1:10 en 5:9).
Bij Christus wederkomst komt Hij
terug op aarde, met een ijzeren staf, als Rechter en Koning (Openbaring 19:11-16). Dan
zal elke oog Hem zien wederkomen en zet Hij zijn voeten op de Olijfberg (Zacharia
14:4 en Openbaring 1:7). Alle heerlijke beloften voor Israël, over het Messiaanse rijk
en de Koning-Messias, zullen dan ook daadwerkelijk in vervulling gaan (vgl.
Handelingen 1:6 en Jeremia. 32:42). Zie je hoe duidelijk de verschillen zijn?
De verwachting van de Joodse Messias
De komst van de Messias en Zijn Koninkrijk staan centraal binnen het Jodendom. Deze hoop leefde ook sterk bij Jezus’ discipelen. Want zo’n tweeduizend jaar geleden, vlak voor Zijn hemelvaart, vroegen zij Hem: “Here, herstelt Gij in deze tijd het koningschap voor Israël?” (Handelingen 1:6).
In Jezus’ tijd leefde men in Israël in de verwachting dat
de Messias hen zou bevrijden van de Romeinen. Jezus heeft dit toen niet gedaan.
Hij werd gekruisigd als een misdadiger. Vervolgens in 70 n. Chr. werd de tempel
verwoest en het Joodse volk ging in verstrooiing over de gehele aarde.
De algemene verwachting binnen het Jodendom is, dat de
Messias aan de volgende drie kenmerken moet voldoen, namelijk: 1. Hij zal het
juk van Israëls vijanden verbreken, 2. de twaalf stammen van Israël herenigen
(de Joden wereldwijd terughalen) en 3. de tempel te Jeruzalem herbouwen.
Drie belangrijke types van de Messias
Jezus heeft niet gebracht wat de Messias volgens de Joden
moet doen, daarom kunnen zij niet geloven dat Hij hun beloofde Koning-Messias
is.
Zo zijn er volgens het Jodendom tenminste drie
belangrijke types geweest die op de ware Messias lijken, namelijk Mozes, Jozua
en koning David. Maar helaas is de verwachting van de komst van de Messias
onder het Joodse volk wereldwijd sterk afgenomen. Ondanks dat, falen Gods
beloften niet. Hij blijft getrouw (vgl. 2 Timotheüs 2:13).
Christus is de Deur - Er is geen andere
Een deur doet vooral denken aan de ingang van een huis of van een kamer. Geestelijk gezien denken veel gelovigen direct aan de Here Jezus, want een bekende uitspraak van Hem staat in Johannes 10: ‘Ik ben de Deur; als iemand door Mij binnenkomt, zal hij behouden worden; …’ (vs. 9).
Wij hebben ook een geestelijke deur, namelijk die
van ons hart. En de Bijbel spoort iedere christen aan om over de deur van hun
(opnieuw geboren) hart te waken.
De deur van ons hart
Waken over de geestelijke deur van je hart gaat samen met het in bedwang houden
van je tong (Psalm 141:3). Daaruit kunnen woorden van zegeningen en
vervloekingen komen. Bij een christen hoort dit niet zo te zijn. Paulus beveelt
ons namelijk: ‘Laat het
woord van Christus in rijke mate in u wonen, … (en). Zing voor
de Heere met dank in uw hart’ (Kolossenzen
3:16). In zo’n christenhart is geen ruimte (meer) voor leugen en bitterheid.
Het Woord der Waarheid woont rijkelijk in zijn hart. En de liefde van Christus
dringt hem in alles. Zo staat er in Lukas 6: ‘Een goed
mens brengt uit de goede schat zijns harten het goede voort en een slecht mens
brengt uit de boze schat het boze voort. Want waar het
hart vol van is, daarvan spreekt de mond’ (vs. 45).
Velen in de wereld hebben de deur van hun hart voor allerlei wereldse begeerten
en verleidingen geopend. Maar het loon dat de zonde geeft is gebondenheid en de
dood. Jezus Christus is gekomen om zondaren te redden en vrij te maken. Hij is
de goede Herder. Wie zijn hart opent voor Hem zal Hij leven geven en overvloed
geven (Johannes 10:10). In Openbaring 3 lezen we: ‘Zie, Ik sta aan de deur en Ik
klop. Indien iemand naar Mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem
binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij’ (vs. 20).
De Grote Verdrukking is ongekend rampzalig - Maakt de gemeente hier iets van mee?
De coronacrisis lijkt voorbij te zijn en de ogen zijn nu gericht op Rusland en Oekraïne. Er is en blijft veel gaande in de wereld. Vreselijke nieuwsberichten komen in snel tempo voorbij. Veel mensen zijn angstig, vooral als het gevaar steeds dichterbij komt of dat het hen zelf treft. “Waar blijft de Opname van de gemeente?”, is een vraag die wij steeds te horen krijgen.
De leer over de Opname van de gemeente staat al enige tijd ter discussie. Sommigen geloven zelfs helemaal niet (meer) in de Opname en vinden het een dwaalleer. Ook onder hen die altijd in de Opname vóór de Grote Verdrukking hebben geloofd, merken we helaas dat deze zalige hoop afneemt. Er spelen vragen of we reeds in het begin van de Grote Verdrukking zijn beland, of dat de gemeente toch pas aan het einde daarvan opgenomen wordt. Dit heeft een aantal redenen.
De behoudenis van Israël - De edele olijf en haar saprijke wortel
In Romeinen 9 tot en met hoofdstuk 11 geeft Paulus de gemeente in Rome op een bijzondere wijze onderwijs over Gods toekomstig heilsplan met Israël. Paulus maakt het visueel en gebruikt in zijn uitleg de edele olijfboom met haar natuurlijke takken en saprijke wortel. Ook verwijst hij naar de wilde olijfboom en haar takken. Wat heeft dit ons te zeggen?
In mijn ogen is de wortel van de edele olijf een prachtig beeld van Christus. Die
in de Schriften de wortel Davids en de wortel van Isaï wordt genoemd
(Openbaring 22:16; Jesaja 11:10). Het Joodse volk duidt op de natuurlijke
takken van de olijfboom en kan daarom niet de wortel zijn. Sommigen hoor je wel
eens zeggen dat de gelovigen uit de volken (de wilde takken) op Israël zijn
geënt. Maar zowel Israël als de volken hebben beide verlossing nodig. Daarom
klopt die gedacht mijns inziens niet. Immers, de natuurlijke takken en de wilde
takken daartussen geënt, beide hebben deel aan de saprijke wortel. Beide zijn
dan ook geheiligd in Christus: ‘Is de wortel heilig, dan ook de takken’ (Romeinen
11:16b).
Hoe kan een liefdevolle God mensen naar de hel sturen?
Voor sommigen is het onmogelijk en voor anderen is er zelfs twijfel over het bestaan ervan. Meestal komt die twijfel omdat zij het onbegrijpelijk vinden dat juist een God van liefde en genade mensen naar de hel kan sturen.
Het is opmerkelijk dat de Here Jezus meer dan wie ook sprak over de hel.
Volgens Hem is het een vreselijke locatie van tandengeknars en geween, waar de
verlorenen gepijnigd worden in onuitblusbaar vuur. Dit zou Jezus nooit gezegd
hebben als de hel niet zou bestaan.
Ongetwijfeld is dit het meest ernstige en angstaanjagende vers in de
Bijbel: ‘En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het
boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs’ (Openbaring
20:15). Vanwege dit vers heeft menig oprecht christen zich wel eens zorgen
gemaakt over zijn oude zondige Adamsnatuur. Er kunnen dan vragen komen als: “Is
Christus’ offer wel voldoende voor mijn zonden?”
Herdruk 'De Openbaring van Jezus Christus - Zie, Ik maak alle dingen nieuw!'
Het ene Bijbelboek is gemakkelijker te lezen dan het andere. Daardoor zijn wij als christenen geneigd om sommige maar links te laten liggen. Zo wordt het boek Openbaring helaas vaak overgeslagen, omdat het ontmoedigend en verwarrend kan zijn door de gedetailleerde beeldspraak. Velen doen daarom dit laatste boek uit Gods Woord af als moeilijk toegankelijk of zelfs onbegrijpelijk. Ten dele is dit terecht, maar toch hoeft dit geen argument te zijn om het dan maar helemaal niet te lezen. Dat zou overigens bijzonder jammer zijn, want daarmee missen we de prachtige schatten die in dit laatste Bijbelboek te vinden zijn. Het doel van Johannes is namelijk niet om de lezers in verwarring te brengen, maar om ze te zegenen (Openbaring 1:3). Bovendien is dit profetische Bijbelboek een boek vol hoop - mits je doorleest tot het einde. Daarnaast is het belangrijk dat je letterlijk neemt wat er staat en er niet direct een vergeestelijkende theorie op loslaat. Dan wordt het moeilijk om te begrijpen wat er écht wordt bedoeld. Alle lijnen uit het Oude en Nieuwe Testament komen samen in Openbaring. In Genesis begint wat in Openbaring wordt voltooid en de, in het boek Daniël nog verzegelde waarheden, worden in Openbaring opengebroken.
Standhouden in de eindtijd - De wapenrusting Gods
Ook christenen hebben te maken met de overste van de
macht der lucht, de duivel. Maar wij mogen staan in de overwinning!
De Efeze-brief bevat onderwijs over onze positie in
Christus, onze levenswandel met Hem en over onze houding tegenover Gods
tegenstander. De opdracht wordt gegeven om de hele wapenrusting van God aan te
trekken. Die helpt om weerstand te bieden aan het kwaad.